1Dios está en el tribunal del cielo. Pronuncia sentencia contra los jueces.2¿Hasta cuándo, jueces, tomarán decisiones injustas? ¿Hasta cuándo concederán favores especiales a los malvados?3Juzguen rectamente al pobre y al huérfano, y al desvalido y al oprimido háganles justicia.4Rescaten de las garras de los malvados al pobre y al necesitado.5¡Pero qué necios e ignorantes son ustedes! Como están en tinieblas, los cimientos de la tierra se estremecen.6Yo les he dicho: «Ustedes son dioses e hijos del Altísimo».7Mas para la muerte, ustedes no son sino hombres. Caerán como cualquier príncipe, pues todos han de morir.8¡Levántate, oh Dios, y juzga a la tierra! Todas las naciones te pertenecen.
Salmo 82
Het Boek
de Biblica1Een psalm van Asaf. God staat te midden van de bijeenkomst van de goden, Hij treedt in hun midden als rechter op.2Het lijkt wel of U de ongelovigen recht verschaft en ons niet. Hoelang moet dat nog duren?3Spreek uw oordeel uit over armen en wezen, laat het recht zegevieren voor de armzaligen en hen die niets hebben.4Bevrijd de man die wordt vernederd en de arme, red hen uit de handen van de misdadigers.5Zij zijn dom en kunnen niets vatten, zij lopen in het donker en de aarde wankelt onder uw voeten.6‘Toch heb Ik gezegd: “U bent goden, kinderen van de Allerhoogste, allemaal.” ’7Net als andere mensen zullen zij sterven en vallen als overwonnen koningen.8Kom, God, spreek recht over de aarde. Alle volken zijn immers van U?