Al director musical. De David, el siervo del Señor.
1En el fondo del corazón de los malvados acecha el pecado. No tienen temor de Dios que los refrene.2Por el contrario, en su vanidad no pueden ver lo malvado que son.3Todo lo que dicen es torcido y engañoso; ya no son sabios ni buenos.4Se pasan la noche despiertos, tramando sus perversos planes se aferran a su mal camino, en vez de pensar cómo mantenerse alejados del mal.5Tu firme amor, SEÑOR, es grande como los cielos. Tu fidelidad va más allá de las nubes.6Tu justicia es como tus poderosos montes. Tus juicios como las profundidades del océano. Por igual te preocupas de los hombres y los animales.7¡Cuán precioso es tu constante amor, Dios! Toda la humanidad se refugia a la sombra de tus alas.8Los alimentas con las delicias de tu mesa y les das a beber de tus ríos deleitosos.9Porque tú eres la fuente de la vida; nuestra luz viene de tu luz.10Derrama tu firme amor sobre los que te conocen y otorgan tu justicia a los de recto corazón.11No permitas que estos orgullosos me pisoteen. No dejes que sus perversas manos me traten como estropajo.12¡Mira! Ya han caído. Quedaron derribados para no levantarse más.
Salmo 36
Het Boek
de Biblica1Van David, de dienaar van de HERE, voor de koordirigent.2De zonde beïnvloedt de goddelozen, ze hebben geen enkel ontzag voor God.3De goddeloze denkt heel wat van zichzelf, totdat het zover is dat zijn zonden aan het licht komen. Dan wordt hij een gehaat man.4Alles wat hij zegt, is slecht en bedrieglijk. Verstandig en goed handelen is er niet bij.5Zelfs in bed bedenkt hij nog allerlei kwaad, hij bevindt zich op de verkeerde weg en stelt zich open voor alles wat slecht is.6HERE, uw goedheid en liefde zijn zo groot, uw trouw is oneindig, niet te meten.7Uw rechtsgevoel is als de bergen die U Zelf hebt gemaakt. Uw oordeel is als een grote overstroming. U bevrijdt mensen zowel als dieren, HERE.8Wat is het geweldig om uw goedheid en liefde te mogen ervaren, HERE! Daarom komen talloze mensen bij U schuilen.9Zij genieten van al het goede dat U hun biedt en U overspoelt hen met uw zegeningen.10Want U bent de bron van al het leven: als wij in uw licht staan, zien wij de dingen duidelijk.11Laten uw volgelingen voortdurend uw goedheid en liefde mogen ervaren en laten de eerlijke mensen mogen delen in uw rechtsgevoel.12Zorg toch dat de hoogmoedige geen vat op mij krijgt en de goddeloze mij niet opjaagt.13De mensen die slechte dingen doen, zijn gevallen, zij zijn neergeslagen en kunnen nooit meer opstaan!