Salmo 12

Nueva Biblia Viva

de Biblica
1 SEÑOR, ¡ayúdanos! Rápidamente van desapareciendo los piadosos. Ya no queda gente fiel en este mundo.2 Se mienten unos a otros, hablando con labios aduladores; ya no hay sinceridad.3 El SEÑOR acabará con todo labio adulador y toda lengua vanidosa que dice:4 «Mentiremos cuanto se nos antoje. La boca es nuestra; ¿quién nos podrá callar?».5 El SEÑOR responda: «Yo me levantaré y defenderé a los oprimidos, a los pobres, a los necesitados. Los rescataré como ellos anhelan».6 Segura es la promesa del SEÑOR, como plata siete veces refinada.7 SEÑOR, sabemos que para siempre guardarás a los tuyos del poder de los malos,8 aunque ronden por todas partes y la maldad sea exaltada por toda la tierra.

Salmo 12

Het Boek

de Biblica
1 Een psalm van David voor de koordirigent. Te zingen op de wijs van ‘De Achtste.’2 HERE, help ons! Gelovigen zijn er niet meer te vinden. Het begrip trouw zegt de mensen niets meer.3 Men is oneerlijk tegen elkaar, spreekt met dubbele tong en bedriegt de ander.4 Vernietig dat soort mensen maar, HERE, ieder die zo handelt,5 al die mensen die zeggen: ‘Ik praat me overal uit, laat mij het maar zeggen— wie doet me wat?’6 De HERE zegt: ‘Ter wille van de onderdrukten en het hulpgeroep van de armen ga Ik nu optreden. Ieder die naar Mij uitziet, zal Ik in veiligheid brengen.’7 Het woord van de HERE is betrouwbaar, zo puur als zevenmaal gezuiverd zilver.8 Ik weet, HERE, dat U uw woord altijd nakomt en dat U ons zult beschermen tegen deze onbetrouwbare mensen.9 De ongelovigen schijnen de overhand te hebben en het lijkt wel of alle mensen God ongehoorzaam zijn.