van Biblica1Door David. Geef de HERE eer, bewoners van de hemelen. Bewijs Hem eer en prijs zijn grootheid en zijn kracht.2Prijs zijn naam en buig u neer voor zijn heilige verschijning.3De stem van de HERE klinkt over de zee. De Almachtige God laat de donder weergalmen. De HERE beheerst de geweldige wateren.4De stem van de HERE is krachtig. De stem van de HERE is glorieus.5De stem van de HERE laat de cederbomen breken, zelfs de ceders van de Libanon.6De bomen van de Libanon springen op als kalveren en de bomen van de Hermon als woudossen.7De stem van de HERE splijt de vlammen.8De stem van de HERE laat de woestijnen sidderen. De woestijn van Kades beeft onder zijn stem.9De stem van de HERE doet hertenjongen geboren worden. De stem van de HERE laat het schors van de bomen vallen. In zijn paleis brengt iedereen Hem eer.10De HERE was verheven boven de grote watervloed, Hij is de verheven Koning tot in eeuwigheid.11De HERE zal zijn volk kracht geven en zegenen door het vrede te geven.
1Ein Psalm Davids. Bringet dar dem HERRN, ihr Himmlischen, bringet dar dem HERRN Ehre und Stärke! (Ps 103:20)2Bringet dar dem HERRN die Ehre seines Namens, betet an den HERRN in heiligem Schmuck!3Die Stimme des HERRN erschallt über den Wassern, der Gott der Ehre donnert, der HERR, über großen Wassern.4Die Stimme des HERRN ergeht mit Macht, die Stimme des HERRN ergeht herrlich.5Die Stimme des HERRN zerbricht Zedern, der HERR zerbricht die Zedern des Libanon.6Er lässt hüpfen wie ein Kalb den Libanon, den Sirjon wie einen jungen Wildstier. (Deut 3:8)7Die Stimme des HERRN sprüht Feuerflammen; /8die Stimme des HERRN lässt die Wüste erbeben; der HERR lässt erbeben die Wüste Kadesch.9Die Stimme des HERRN lässt Hirschkühe kreißen / und reißt Wälder kahl. In seinem Tempel ruft alles: »Ehre!«10Der HERR thront über der Flut; der HERR bleibt ein König in Ewigkeit.11Der HERR wird seinem Volk Kraft geben; der HERR wird sein Volk segnen mit Frieden.