van Biblica1Een bedevaartslied. Toen ik in nood zat, riep ik naar de HERE en Hij gaf mij antwoord.2HERE, neem mij in bescherming tegen de leugenaars!3Leugenaars, wat denkt u van Hem te kunnen verwachten?4Pijlen van een scherpschutter en brandend hout van de bremstruik. Dat doet pijn.5Ik vind het zo erg dat ik in een onbekend land moet verblijven en moet wonen bij een ver en vreemd volk.6Ik woon al veel te lang tussen deze mensen die zelfs vrede haten.7Zelf ben ik altijd op vrede uit, maar als ik daarover spreek, worden zij opstandig en willen zij vechten.
1Ein Wallfahrtslied. Ich rufe zu dem HERRN in meiner Not und er erhört mich.2HERR, errette mich von den Lügenmäulern, von den falschen Zungen.3Was soll er dir antun, du falsche Zunge, und was dir noch geben?4Scharfe Pfeile eines Starken und feurige Kohlen!5Weh mir, dass ich ein Fremdling bin unter Meschech; ich muss wohnen bei den Zelten Kedars!6Es wird meiner Seele lang, zu wohnen bei denen, die den Frieden hassen.7Ich halte Frieden; aber wenn ich rede, so fangen sie Krieg an.