Leviticus 14:33

Het Boek

33-35 Toen zei de HERE tegen Mozes en Aäron: ‘Wanneer u aankomt in het land Kanaän dat Ik u zal geven, en Ik laat in een huis melaatsheid ontstaan, dan moet de eigenaar van het huis naar de priester gaan en zeggen: “Ik geloof dat er melaatsheid in mijn huis heerst!”