Psalm 36 | Nueva Biblia Viva Het Boek

Psalm 36 | Nueva Biblia Viva

Al director musical. De David, el siervo del Señor.

1 En el fondo del corazón de los malvados acecha el pecado. No tienen temor de Dios que los refrene. 2 Por el contrario, en su vanidad no pueden ver lo malvado que son. 3 Todo lo que dicen es torcido y engañoso; ya no son sabios ni buenos. 4 Se pasan la noche despiertos, tramando sus perversos planes se aferran a su mal camino, en vez de pensar cómo mantenerse alejados del mal. 5 Tu firme amor, SEÑOR, es grande como los cielos. Tu fidelidad va más allá de las nubes. 6 Tu justicia es como tus poderosos montes. Tus juicios como las profundidades del océano. Por igual te preocupas de los hombres y los animales. 7 ¡Cuán precioso es tu constante amor, Dios! Toda la humanidad se refugia a la sombra de tus alas. 8 Los alimentas con las delicias de tu mesa y les das a beber de tus ríos deleitosos. 9 Porque tú eres la fuente de la vida; nuestra luz viene de tu luz. 10 Derrama tu firme amor sobre los que te conocen y otorgan tu justicia a los de recto corazón. 11 No permitas que estos orgullosos me pisoteen. No dejes que sus perversas manos me traten como estropajo. 12 ¡Mira! Ya han caído. Quedaron derribados para no levantarse más.

La Nueva Biblia Viva TM Copyright © 2006, 2008 by Biblica, Inc. Used with permission. All rights reserved worldwide. “Biblica”, “International Bible Society” and the Biblica Logo are trademarks registered in the United States Patent and Trademark Office by Biblica, Inc. Used with permission.

Het Boek
1 Van David, de dienaar van de HERE, voor de koordirigent. 2 De zonde beïnvloedt de goddelozen, ze hebben geen enkel ontzag voor God. 3 De goddeloze denkt heel wat van zichzelf, totdat het zover is dat zijn zonden aan het licht komen. Dan wordt hij een gehaat man. 4 Alles wat hij zegt, is slecht en bedrieglijk. Verstandig en goed handelen is er niet bij. 5 Zelfs in bed bedenkt hij nog allerlei kwaad, hij bevindt zich op de verkeerde weg en stelt zich open voor alles wat slecht is. 6 HERE, uw goedheid en liefde zijn zo groot, uw trouw is oneindig, niet te meten. 7 Uw rechtsgevoel is als de bergen die U Zelf hebt gemaakt. Uw oordeel is als een grote overstroming. U bevrijdt mensen zowel als dieren, HERE. 8 Wat is het geweldig om uw goedheid en liefde te mogen ervaren, HERE! Daarom komen talloze mensen bij U schuilen. 9 Zij genieten van al het goede dat U hun biedt en U overspoelt hen met uw zegeningen. 10 Want U bent de bron van al het leven: als wij in uw licht staan, zien wij de dingen duidelijk. 11 Laten uw volgelingen voortdurend uw goedheid en liefde mogen ervaren en laten de eerlijke mensen mogen delen in uw rechtsgevoel. 12 Zorg toch dat de hoogmoedige geen vat op mij krijgt en de goddeloze mij niet opjaagt. 13 De mensen die slechte dingen doen, zijn gevallen, zij zijn neergeslagen en kunnen nooit meer opstaan!