Jesaja 4 | Het Boek Český ekumenický překlad

Jesaja 4 | Het Boek

Gods belofte voor zijn volk

1 In die tijd zullen zo weinig mannen in leven zijn gebleven dat zeven vrouwen om één man zullen vechten en zeggen: ‘Laat ons allemaal met u trouwen! Wij zullen voor ons eigen voedsel en onze eigen kleding zorgen, laat ons slechts uw naam dragen, zodat onze vernedering wordt tenietgedaan.’ 2 Er komt een dag dat de HERE een loot zal laten uitspruiten tot sieraad en glorie. De weelderige vrucht van het land zal tot eer zijn voor allen in Israël die aan het onheil zijn ontkomen. 3 Allen die de verwoesting van Jeruzalem zullen overleven, zullen bij Gods volk horen. Hun namen staan geschreven bij de levenden. 4 Dan zal de Here het vuil van de dochters van Sion hebben afgewassen en het bloed van Jeruzalem zal vanuit haar midden zijn weggespoeld door een geest van oordeel en van vuur. 5 Dan zal de HERE een beschutting geven over de berg Sion en alle bijeenkomsten van het volk dat daar samenkomt. Een wolk overdag en een vuurgloed in de nacht. 6 Het zal voor hen een schaduw zijn tegen de hitte van de dag en een schuilplaats tegen storm en regen.

Het Boek TM Copyright © 1979, 1988, 1998, 2007 by Biblica, Inc. Used with permission. All rights reserved worldwide. “Biblica”, “International Bible Society” and the Biblica Logo are trademarks registered in the United States Patent and Trademark Office by Biblica, Inc. Used with permission.

Český ekumenický překlad
1 Sedm žen se chytí jednoho muže v onen den. Řeknou: „Budeme jíst vlastní chléb a odívat se vlastními šaty, jenom ať se jmenujeme tvým jménem, zbav nás naší potupy.“

— Protříbení lidu - Soudem pročistí Hospodin společenství - svého lidu; pro ty, kdo přežijí, začne nový život.

2 V onen den bude výhonek Hospodinův chloubou a slávou, plod země důstojností a okrasou pro ty z Izraele, kdo vyvázli. 3 Kdo zůstane na Sijónu a kdo zbude v Jeruzalémě, bude zván svatým, každý zapsaný k životu v Jeruzalémě. 4 A Panovník smyje špínu dcer sijónských a odplaví krev ze středu Jeruzaléma duchem soudu, duchem žhoucím. 5 A nad každým místem hory sijónské i nad každým jejím shromážděním stvoří Hospodin ve dne oblak, totiž kouř, a plameny ohnivé záře v noci: to bude baldachýn nad veškerou slávou, 6 stánek, který dá stín před denním horkem, útočiště a úkryt před přívalem i deštěm.