Psalm 97 | Het Boek La Biblia Textual

Psalm 97 | Het Boek
1 De HERE is de grote Koning. Laat de aarde daarom juichen en de landen aan de kust zich erover verblijden. 2 Om Hem heen zijn wolken en duisternis. Recht en rechtvaardigheid vormen de basis waarop Hij regeert. 3 Zijn macht en majesteit vernietigen zijn vijanden. 4 De hele wereld wordt door Hem verlicht als door bliksemschichten, de aarde beeft voor Hem. 5 Als de HERE verschijnt, smelten de bergen als was voor Hem. Hij is Heer over de hele aarde. 6 Zijn rechtvaardigheid klinkt door alle hemelen en alle volken zullen Hem zien. 7 Iedere afgodendienaar zal beschaamd staan, zij zullen zich op hun zogenaamde goden niet kunnen beroemen. Zelfs die moeten eenmaal voor Hem buigen. 8 Het volk van Israël is blij over Hem en ziet zijn grootheid. De dochters van Juda juichen U toe om de wijze waarop U rechtspreekt, HERE. 9 U, HERE, bent immers God, de Allerhoogste. Boven U is er niemand op aarde. U troont hoog boven alle goden. 10 Als u van de HERE houdt, haat dan elke vorm van kwaad. God beschermt zijn kinderen en behoedt hen voor elke goddeloze invloed. 11 Gods volgelingen mogen in het licht leven en Hij geeft vreugde in het hart van allen die Hem oprecht volgen. 12 Als u bij God hoort, verheug u dan in Hem. Wees blij en prijs zijn grote en heilige naam.

Het Boek TM Copyright © 1979, 1988, 1998, 2007 by Biblica, Inc. Used with permission. All rights reserved worldwide. “Biblica”, “International Bible Society” and the Biblica Logo are trademarks registered in the United States Patent and Trademark Office by Biblica, Inc. Used with permission.

La Biblia Textual
1 ¡YHVH reina! ¡Regocíjese la tierra! ¡Alégrense la multitud de las islas! 2 Las nubes y densa oscuridad lo rodean, La equidad y la justicia son el fundamento de su trono. 3 Un fuego avanza delante de Él, Que abrasa a sus adversarios en derredor. 4 Sus relámpagos iluminan el orbe, La tierra mira y se estremece. 5 Ante la presencia de YHVH las montañas se derriten como cera, Delante del Señor de toda la tierra. 6 Los cielos hacen saber su justicia, Y todos los pueblos ven su gloria. 7 ¡Sean avergonzados todos los que sirven a imágenes talladas, Y cuantos se glorían en los ídolos! ¡Póstrense ante Él todos los dioses! 8 Lo oyó Sión y se alegró, Y las hijas de Judá se regocijaron, oh YHVH, A causa de tus juicios, 9 Porque Tú, oh YHVH, eres ’Elyón sobre toda la tierra, Infinitamente enaltecido sobre todos los dioses. 10 Los que amáis a YHVH, aborreced el mal, Él guarda las almas de sus santos, Las libra de la mano de los malvados. 11 Luz está sembrada para el justo, Y alegría para los rectos de corazón. 12 ¡Alegraos justos en YHVH, Y dad gracias a la memoria de su santidad!