Jesaja 4 | Nueva Versión Internacional (Castellano) Het Boek

Jesaja 4 | Nueva Versión Internacional (Castellano)
1 En aquel día, siete mujeres agarrarán a un solo hombre y le dirán: «De alimentarnos y de vestirnos nosotras nos ocuparemos; tan solo déjanos llevar tu nombre: ¡Líbranos de nuestra afrenta!» 2 En aquel día, el retoño del SEÑOR será bello y glorioso, y el fruto de la tierra será el orgullo y el honor de los sobrevivientes de Israel. 3 Entonces tanto el que quede en Sión como el que sobreviva en Jerusalén serán llamados santos, e inscritos para vida en Jerusalén. 4 Con espíritu de juicio y espíritu* abrasador, el Señor lavará la inmundicia de las hijas de Sión y limpiará la sangre que haya en Jerusalén. 5 Entonces el SEÑOR creará una nube de humo durante el día y un resplandor de fuego llameante durante la noche, sobre el monte Sión y sobre los que allí se reúnan. Sobre toda la gloria habrá un toldo 6 que servirá de cobertizo, para dar sombra contra el calor del día, y de refugio y protección contra la lluvia y la tormenta.

La Santa Biblia, Nueva Versión Internacional TM, NVI TM (Castilian) Copyright © 1999, 2005, 2017 by Biblica, Inc. Used with permission. All rights reserved worldwide. “Nueva Versión Internacional” is a trademark registered in the United States Patent and Trademark Office and in the Instituto Mexicano de la Propiedad Industrial (IMPI) by Biblica, Inc. The “NVI”, “Biblica”, “International Bible Society” and the Biblica Logo are trademarks registered in the United States Patent and Trademark Office by Biblica, Inc. Used with permission.

Het Boek

Gods belofte voor zijn volk

1 In die tijd zullen zo weinig mannen in leven zijn gebleven dat zeven vrouwen om één man zullen vechten en zeggen: ‘Laat ons allemaal met u trouwen! Wij zullen voor ons eigen voedsel en onze eigen kleding zorgen, laat ons slechts uw naam dragen, zodat onze vernedering wordt tenietgedaan.’ 2 Er komt een dag dat de HERE een loot zal laten uitspruiten tot sieraad en glorie. De weelderige vrucht van het land zal tot eer zijn voor allen in Israël die aan het onheil zijn ontkomen. 3 Allen die de verwoesting van Jeruzalem zullen overleven, zullen bij Gods volk horen. Hun namen staan geschreven bij de levenden. 4 Dan zal de Here het vuil van de dochters van Sion hebben afgewassen en het bloed van Jeruzalem zal vanuit haar midden zijn weggespoeld door een geest van oordeel en van vuur. 5 Dan zal de HERE een beschutting geven over de berg Sion en alle bijeenkomsten van het volk dat daar samenkomt. Een wolk overdag en een vuurgloed in de nacht. 6 Het zal voor hen een schaduw zijn tegen de hitte van de dag en een schuilplaats tegen storm en regen.